Het begint op een prachtige Afrikaanse savanne, waar een leeuw zijn troep kwijt was geraakt. Hij liep al twintig dagen van de ene plaats naar de andere en kon zijn troep niet vinden. Hij had honger en dorst, maar was ook erg bang om alleen te zijn.

Eindelijk zag hij een vijver. Hij rende er met al zijn kracht naartoe. Hij stierf van de dorst en moest wat van die vitale vloeistof drinken. Toen hij echter de oever bereikte, zag hij het beeld van een dorstige leeuw boven het water.
Dus besloot hij weg te lopen. “De vijver heeft al een eigenaar,” dacht hij. Die nacht besloot hij in de buurt te blijven, maar hij durfde niet terug te gaan naar de vijver. Als de leeuw die eigenaar was van de plek, zou hij hem waarschijnlijk aanvallen. Hij was niet in de positie om de confrontatie aan, bang en zwak als hij was.
Er ging nog een dag voorbij en de zon was intens. Hij kon niet meer tegen de dorst, dus besloot hij een risico te nemen. Hij naderde voorzichtig de vijver en toen hij de oever bereikte, zag hij de leeuw weer.
Hij had echter zo’n dorst dat het hem niet kon schelen. Hij stak zijn hoofd in de vijver om van dat heerlijke water te drinken. Precies op dat moment verdween de leeuw: de enge leeuw die hij had gezien was zijn eigen spiegelbeeld.
Zo zijn angsten: ze verdwijnen als we ze onder ogen zien.
Heb ik je nu, na het lezen van dit artikel, aan het denken gezet? Boek dan hier een gratis kennismakingssessie met mij en we hebben snel contact.
Groet Sandy